Redactie Radio Centraal Rotating Header Image

Kernuitstap: CE2030 Rapport Uitgebeend: Prof Verbruggen en Eggermont

Share

Twee weken geleden publiceerde de door minister Verwilghen aangestelde Commissie Energie 2030 (“CE2030“) haar rapport over het door Belgie te voeren energiebeleid. Het besluit van de commissie is duidelijk: “De uitstap uit kernenergie tegen 2025 zal, onder Kioto, extreem kostelijk zijn en ons economisch weefsel aantasten”.
Professor  Aviel Verbruggen (Universtiteit Antw., STEM) denkt er anders over: “Had Belgie zijn fiskaliteit in de jaren tachtig aangepast dan konden de kerncentrales nu al gesloten worden”

We hadden het twee weken geleden al over samensteling van de commissie, die zwaar berkritiseerd werd. Voorzitter D’haezeleer reageerde door te stellen dat men het rapport eerst moest lezen vooraleer het te kraken. Dat hebben we ondertussen gedaan. We hebben professor Aviel Verbruggen als studiogast en gaan met hem samen door de stellingen van het rappport.
Verder spraken we ook met Professor Gilbert Eggermont van de VUB en in het verleden aktief in de nucleaire sector bij SCK en NIRAS, over de bouw van een extra kerncentrale en over de externe kost van kernenergie. Hij is specialist specialist nucleaire veiligheid en  verwerking kernafval. 

(ga naar het einde van  de tekst voor de link naar de audiobestanden)
In Deel 1 starten we met het memorandum dat Verbruggen na de publicatie van het CE2030 rapport schreef. Hierin heeft hij het onder andere over het in de jaren ’80 door Guy Verhofstadt afgeschafte “Nationaal Onderzoeksprogramma Energie”. Daardoor verdween de know-how, die dan in de jaren ’90 werd vervangen door universitaire leerstoelen die door de energiemaatschappijen worden gesponsord (waaronder de leerstoel van CE2030-voorzitter D’haezeleer).

We gaan verder met de BETROUWBAARHEID  van ELECTRICITEITSLEVERING (vanaf 9e minuut):
– klopt de stelling dat windenergie onbetrouwbaar is en dat je voor elke Watt capaciteit die geinstalleerd wordt, ook een Watt aan klassieke centrales moet bouwen?
– De afhankelijkheid van import (vanaf 13min20″): Er wordt gezegd:”we hebben meer centrales nodig want de electriciteitsimports stijgen” . Dit klopt niet volgens Verbruggen. De stijgende elektriciteitsimport is een gevolg van het feit dat de aangekochte stroom goedkoper was, niet van een struktureel tekort aan kapaciteit in Belgie.
Moeten er niet meer hoogspanningslijnen aangelegd worden om de stroomvoorziening te verzekeren, zeker nu er de markten opengesmeten worden? Volgens Prof. Verbruggen ligt de oplossing vooral bij een gedecentraliseerde productie, en niet alleen bij het leggen van extra lijnen.
Vanaf 21min 30″ hebben we het over de afhankelijkheid van grondstoffen uit het buitenland, die volgens de commissie  2030 het laagst zal zijn als we de nucleaire optie open houden.

Verder over de KOST van elektriciteit (min 24)
-Over de “externe” kost. Externe kost is een maatschappelijke kost (schade) die het gevolg is van de electriciteitsproductie maar die niet in rekening gebracht wordt in de prijs. De negatieve impakt van CO2 emissies op het milieu  bij klassieke centrales zijn hier een voorbeeld van. Volgens de officiele Europese berekeningsmethode ExternE, die overgenomen wordt in het rapport, is de extrene kost voor kernenergie zeer laag. Zowel Verbruggen  als Eggermont hebben bedenkingen hierbij.
Vanaf min33″ heeft Profesor Eggermont het ook over de eventuele bouw van een extra kerncentrale, zoals door CE2030 gesuggereerd.
-Over de kost van de grondstof in de prijs van kernenergie (vanaf min 39): die is altijd laag geweest voor kernenegie en maakt slechts 15% uit van de totale electriciteitskost uit igv kernenergie. De (korte-termijn)prijs voor uranium is sedert 2001 ver negen-voudigd (zie grafiek).
Verbruggen vermeldt ook dat de verzekeringskost niet in rekening gebracht wordt.  Kerncentrales kunnen niet verzekerd worden tegen rampen, die bijgevolg op de maatschappij afgewenteld worden.

Over elektriciteitsproductieCAPACITEIT(vanaf minuut 47)
-Als de kerncentrales gesloten worden, moeten er dan niet zwaar geinvesteerd worden in vervangkapaciteit? Volgens Verbruggen kan de nood aan nieuwe centrales sterk beperkt worden door hogere energieefficentie en door warmtekrachtkoppeling (WKK). Hij geeft meer uitleg over warmtekrachtkoppeling, en over de strategie van Electrabel/Sue: Als in het verleden een WKK-centrale kortstondig uitviel, dan verloor het bedrijf waar de WKK installatie stond 6 maanden winst van de eenheid. Dit was een gevolg van de gewiekste tarifering door elektrabel die leidde tot de niet te verantwoorden zware beboeting.

In Deel 2 hebben we het over de mogelijkheid tot electriciteits-en ENERGIEBESPARINGEN. In het rapport van de Commissie Energie 2030 wordt aangegeven dat, alhoewel technisch mogelijk, energie besparende maatregelen veelal niet economisch te verantwoorden zijn. Prof. Verbruggen merkt op dat de Commissie hiervoor gebruikt maakt van studies die 15 jaar oud zijn, en dus achterhaald.
Bij aanbevelingen van de studie over energiebesparingen, die enkele jaren geleden door het Duitse Fraunhofer-instituut werd uitgevoerd, worden een aantal ernstige kanttekeningen geplaatst door de commissie. Maar hoe relevant zijn die? Blijkbaar heeft de Commissie 2030 de moeite niet gedaan om haar niet-permanent lid dat medeauteur was van het het Fraunhofer-rapport te consulteren.
Volgens Verbruggen wijst onderzoek uit dat een stijgende energieprijs/kost niet leidt tot een stijgende energiefaktuur. Dit komt doordat in dat geval het energieverbruik daalt en de efficientie stijgt.
Tenslotte hebben we het over een aantal veronderstellingen waar de commissie van uitgaat. Zo veronderstelt ze dat het vrachtvervoer met 50% zal stijgen tot 2030 en het aantal door auto’s gereden kilometers met 40% tot bij 150miljard kilometer per jaar. Hoe realistisch is dit?

0 Comments on “Kernuitstap: CE2030 Rapport Uitgebeend: Prof Verbruggen en Eggermont”

Leave a Comment